Er was eens…
… een meisje dat op een kwade dag besloot haar broertje in een konijn te veranderen.
… een jongetje dat dacht alles van draken te weten – tot hij een wel heel bijzonder exemplaar tegenkwam.
… een ouderwetse ooievaar die in een situatie belandde waar hij zich geen raad mee wist.
… een barbie met veel te kleine voetjes. Maar waar vind je vandaag de dag nog een behoorlijke poppendokter?
… een eenvoudige ober die ineens veertig ridsters op zijn terras had.
… en er was ook eens een mannetje dat precies verstond wat de katten hem te vertellen hadden, maar zelf niemand had die naar zijn eigen problemen luisterde. Of toch wel?
Vijftien sprookjes, geïllustreerd door vijftien illustratoren: Martijn van der Linden, Georgien Overwater, Nazrina Rodjan, Milja Praagman, Tanneke Wigersma, Annette Fienieg, Jan Jutte, Annet Schaap, Sanne te Loo, Liset Celie, Job van Gelder, Linda Groeneveld, Kirsten Offringa, Takako Hamano en Kristof Devos.
Recensie
Na het schrijven van De kikkerbilletjes van de koning en andere sprookjes had Janneke Schotveld er duidelijk nog geen genoeg van. In Het kattenmannetje en andere sprookjes volgen nóg eens vijftien sprookjes, die net als in haar eerdere boek heerlijk direct, vlot en fris verteld worden en allerlei eigentijdse onderwerpen behandelen.
Zo maak je kennis met transgender-draak Sjakkelien, is de koningin in Prins Ebben vegetariër en zet het sprookje over Hakketeentje je aan het denken over onze huidige consumptie-maatschappij. Op zeer humoristische, maar ook kritische wijze stelt Schotveld allerlei vooroordelen en denkwijzen aan de kaak. Fantastisch is bijvoorbeeld het sprookje De muur van Dompelburg, waarbij er wel héél veel overeenkomsten te vinden zijn met een zekere president… Maar ook is er weer veel aandacht voor emancipatie, diversiteit en homoseksualiteit.
‘Laat maar, lieve, het heeft geen zin om je energie te verspillen aan ooievaars die zo denken.’ (blz. 20)
Er zijn bovendien veel verwijzingen naar De kikkerbilletjes van de koning: de stoere ridster uit dat boek is inmiddels zwanger (en nog net zo stoer) en de verliefde prinsessen Lupine en Ishana zijn inmiddels koningin geworden. Ze willen graag een kindje, waarbij Schotveld nóg een verwijzing maakt naar haar vorige boek (‘Ik heb gehoord dat er twee koningen waren, die via een fee..’). Zeker zo leuk is hoe de sprookjes in dit boek ook naar elkaar verwijzen en op die manier met elkaar verbonden zijn.
De combinatie van sprookjesachtige elementen en eigentijdse nuchterheid maken de verhalen supergrappig. Zo heeft de moeder van Pirette in Het meisje met de lange vingers netjes foliumzuur geslikt en spuit de stiefkoning in Prins Ebben een beetje Glassex op zijn toverspiegel. De vraag is wel of kinderen deze humor net zo goed oppikken als volwassenen en ook qua woordenschat zijn er flinke uitdagingen. Als je dit boek voorleest aan (te) jonge kinderen, heb je heel wat uit te leggen. Het boek is dan ook eigenlijk leuker voor de bovenbouw dan voor de middenbouw. Oudere kinderen zullen de humor veel beter snappen en alle vernuftige verwijzingen beter begrijpen. Geniaal is bijvoorbeeld het sprookje over Prins Ebben: eigenlijk het sprookje van Sneeuwwitje, maar dan compleet omgedraaid: de boze stiefmoeder is een stiefvader, de dwergen zijn reuzinnen en de prins op het witte paard is (vanzelfsprekend) een onverschrokken ridster met een enorme bos zwart kroeshaar, op een racefiets.
‘Wow,’ zei ze, toen ze de prins zag liggen. ‘Wát een lekker ding.’ (blz. 115)
Sneeuwwitje is niet het enige sprookje waardoor Schotveld zich heeft laten inspireren. Zo is er ook het sprookje Ali Baba en de veertig ridsters en heeft ze twee verhalen gebaseerd op een Russisch en een Arabisch sprookje.
Het kattenmannetje en andere sprookjes is als vervolg op De kikkerbilletjes van de koning dus op een bepaalde manier wel meer van hetzelfde, maar dan alleen in positieve zin! Meer humor, meer diversiteit, meer eigentijdse onderwerpen. Maar tegelijk is dit boek ook weer heel prikkelend, verrassend en vooral vermakelijk. Met daarbij – net als in het eerste boek – weer vele grote, kleurige en aantrekkelijke illustraties van vijftien verschillende illustratoren. Zij maakten dit prachtig vormgegeven boek nog afwisselender en daarmee is dit boek absoluut net zo’n aanrader als het vorige. Een geweldig boek voor in de klas!
Lestips
Net als De kikkerbilletjes van de koning is dit boek een geweldig voorleesboek voor in de klas. Fijn als je even tussendoor een kort, grappig verhaal wilt voorlezen, waarbij de inhoud ook nog heel wat gespreksstof kan opleveren! Alle verhalen bevatten naast een flinke dosis humor namelijk ook een bepaalde moraal (zoals het hoort bij sprookjes!).
De volgende onderwerpen zou je aan de hand van een sprookje kunnen bespreken:
- Het belang van goed luisteren naar elkaar (Het kattenmannetje)
- Het homohuwelijk en (ouderwetse) tegenstanders (De laatste ooievaar)
- Praten is beter dan vechten (‘Eerst praten, dan schieten’) / Superstoere vrouwen (Reus Dirk)
- Dieren horen niet in hokken / Denk na over wat je wenst! (Bunny)
- Transgenders / Jezelf zijn (Vidor en de draak)
- Speelgoed (Barbie) / Consumptie-/weggooimaatschappij (Hakketeentje)
- Jezelf zijn (Het meisje met de lange vingers)
- Tevreden zijn met wat je hebt (Boris en Janoesjka)
- Bio-industrie / vlees eten (Krulstaarten in Kruitveen)
- Mensen met een beperking (rolstoel) / Vriendschap en vertrouwen (Moza en de sjeika)
Lees ook:
Van Holkema & Warendorf, 2019
Onderwerpen: 2019, Anders zijn, Discriminatie, Diversiteit, Emancipatie, Fantasiewezens, Genderdiversiteit, Homoseksualiteit, Jezelf zijn, Sprookjes, Sprookjesfiguren, Tip van Lisa, Tip van Mila, Voeding, Voorleestopper, Vooroordelen
Geïllustreerd door Diverse illustratoren