Elke dag gebeurt hetzelfde. De zee komt en gaat. Elke dag doet de Koning zijn ronde. ‘Geef wacht!’ roept hij, wanneer hij halt houdt aan de toren van de Wachter. Die recht dan zijn rug, steekt zijn kin vooruit en presenteert zijn speer.
De Wachter houdt de horizon scherp in de gaten. ‘De overkant moet de overkant blijven’, zegt de Koning. ‘Alles heeft zijn plek.’ De Wachter ziet de overkant niet, maar kan hem haast ruiken. Hij vraagt zich af waar die ligt. Of er ook een toren staat met een Wachter. Hij wikt en weegt: blijft hij voor altijd in zijn eigen toren of gaat hij op zoek naar die andere kant?
Recensie
De surrealistisch aandoende cover van dit bijzondere prentenboek vertelt je eigenlijk al meteen dat je met dit boek geprikkeld wordt om buiten de kaders te denken. De prenten roepen een dromerige sfeer op en dat past heel goed bij het filosofische verhaal, waarin met kleine speldenprikjes twijfel wordt gezaaid bij de hoofdpersoon, maar waarmee ook de lezer ongemerkt aan het denken wordt gezet.
Een enorme man staat aan de kust, naast een vuurtoren. Hij is de Wachter, die in opdracht van de Koning de wacht houdt.
‘Alles heeft zijn plek, Wachter. Ik ben Koning van dit land. Jij bent mijn Wachter in de toren. Zolang jij hier staat, blijft alles zoals het is.’ Hij wees met een gestrekte arm naar de zee. ‘De overkant moet overkant blijven. Begrijp je?’
Of hij het nu begrijpt of niet; de Wachter knikt en doet braaf wat zijn Koning hem opdraagt. Maar op een dag begint het te kriebelen. Moet hij niet iets meer doen dan alleen ‘wachten’ (mooie woordspeling)? Hij verlangt steeds meer naar de overkant. Wat zou daar zijn? Hij besluit op pad te gaan. Onderweg komt hij meerdere personages tegen (een walvis, een Kapitein, een reuzenschildpad) die hem aan het denken zetten over zijn doel. Waarom wil hij eigenlijk naar de overkant?
In het boek zitten verschillende thema’s verwerkt, zoals het beoordelen van waarheid; de angst versus het verlangen naar het onbekende; volgzaamheid versus zelf nadenken en het zoeken van je eigen weg. Diepe thema’s, die echter niet heel diep worden uitgewerkt in dit korte verhaal. Het blijft bij korte opmerkingen en gedachtes, waardoor de lezer eigenlijk zelf bepaalt wat hij of zij eruit haalt.
Voor een prentenboek zijn er pagina’s met behoorlijk wat tekst, al worden deze afgewisseld door volledig tekstloze spreads met kleurrijke, dromerige tekeningen. Het zijn ware kunstwerkjes, met prachtige kleuren, waar ook veel betekenis uit te halen is. Zowel de tekeningen als de tekst zullen bij kinderen ongetwijfeld vragen oproepen. Daardoor is het een heel mooi prentenboek om in de midden- en bovenbouw samen over in gesprek te gaan.
Lestips
Dit boek moet zijn diepgang eigenlijk vooral halen uit het gesprek dat het op gang kan brengen. Het verhaal zelf lees je namelijk in een oogwenk door en als kinderen dat (te) vluchtig doen, zul je er misschien niet veel aan vinden. Beetje nietszeggend.
Dat dat het boek echt tekort doet, blijkt vanzelf zodra je vragen bij de tekst gaat stellen. Ervaren of goede lezers doen dat waarschijnlijk automatisch, maar veel kinderen zullen hierbij geholpen moeten worden. Het boek leent zich dan ook uitstekend voor een diepgaande close reading of filosofische les!
Om je op weg te helpen, geef ik hieronder alvast een aantal citaten met daarbij vragen om over door te praten. Er staan geen paginanummers in het boek, dus je moet even bladeren om de korte fragmenten te vinden.
‘Alles heeft zijn plek, Wachter. (…) Begrijp je?’
- Is dat zo? Heeft alles zijn plek? Waarom (niet)?
- Begrijp jij waarom de Koning dit zegt? Waarom vindt hij het zo belangrijk dat alles blijft zoals het is?
- Waarom zou de Wachter zo volgzaam zijn? Zou hij het eens zijn met de Koning, denkt hij dat het zo hoort of zou hij er helemaal niet over na hebben gedacht? Kun je dit uit de tekst opmaken? En wat vind je ervan? Vind je dat de Wachter iets goeds doet of vind je dat hij anders zou moeten reageren?
- Er zijn bij ons ook genoeg mensen die niet willen dat er mensen uit andere landen naar ons land komen. Waarom zouden er niemand vanaf ‘de overkant’ mogen komen? Je kunt dit gesprek mooi doortrekken naar het thema migratie.
Het verlangen van de Wachter naar de overkant wordt steeds sterker:
Zal ik daar zeggen (…) aan te jagen?
- Welke emoties haal je uit deze tekst? Hoe voelt de Wachter zich?
- Waarom zou de Wachter de mensen aan de overkant angst willen aanjagen?
- Hoe zou het komen dat het verlangen van de Wachter steeds sterker wordt? Heb jij dat ook wel eens, dat het onbekende juist aantrekt? Hoe zou dat komen?
- Denk nu eens aan ontdekkingsreizigers van vroeger: zij gingen ook ‘naar de overkant’. Zouden zij op dezelfde manier hebben gedacht? Wat was hun doel? Wat zullen zij gevoeld hebben?
In het onderstaande fragment wordt mooi gespeeld met wachten / de wacht houden. Een Wachter houdt natuurlijk de wacht, maar de Walvis vraagt: ‘Waar wacht je op?’ en dan ontstaat er een interessant gesprek.
‘Wie ben jij?’ (…) kan noch wal, Wachter.’
- Wat bedoelt de walvis met ‘Je woorden raken kant noch wal’? En ben jij het met de walvis eens?
Het gesprek gaat verder en dan wijst de walvis de Wachter erop dat er méér is dan alleen de overkant:
‘Maar waarom zoek je de overkant? Het is onder mij dat het allemaal gebeurt.’
- Wat bedoelt de walvis hiermee?
- Welke les valt hieruit te leren? Beseffen kinderen dat dit heel vaak gebeurt? Je bent onderweg naar iets, je hebt een doel voor ogen, maar je let helemaal niet meer op wat er tijdens die weg gebeurt. Toch wordt er altijd gezegd dat je doelgericht moet werken. Hoe zit dat? Hoe bepaal je je doel? Wanneer is het goed om een doel te bepalen en wanneer niet?
Ook de Kapitein zegt iets waardoor de Wachter niet zeker meer is van zijn zaak:
‘Praatjes’, zucht de Kapitein. Niets blijft zoals het is. (…) Wachter iets aan.
- Kun je veranderingen tegenhouden en zo ja, móet dat dan ook altijd, zoals de Wachter schreeuwt?
Dit onderwerp kun je heel ver doortrekken en het kan een interessante discussie oproepen in de klas: Zijn veranderingen óf goed óf slecht? Heeft het zin om je tegen veranderingen te verzetten of is het zoals de Kapitein zegt: je kunt er niets aan veranderen? Je kunt dit zelfs in verband brengen met actuele discussies in de politiek (racisme, coronawetten, Sinterklaas).
De Wachter komt uiteindelijk terecht op het Eiland.
De overkant is een leugen (…) nooit meer zien.
- Welke emotie klinkt door in deze woorden?
- Begrijp jij het gevoel van de Wachter. Hoe zou jij je voelen, denk je?
- Opvallend is dat de Wachter de overkant ‘een leugen’ noemt. Is iets wat je niet kunt zien, automatisch een leugen?
- Wij weten zeker dat er een overkant is, maar stel dat wij het ook niet zouden weten… hoe weet je dan of iets waar is? En is het nodig om iets te weten, om iets te geloven?
Uitgeverij Van Halewyck, 2020
Bekijk bij bol:Onderwerpen: 2020, Angst, Filosofie, Gevoelens, Jezelf presenteren, Migratie, Ontdekkingsreizen, Prentenboek, Waarheid
Geïllustreerd door Yule Hermans