Amsterdam, 1820. Met een ernstig zieke moeder en een vader die al hun geld opzuipt, is het leven van Andries niet makkelijk. Hij hoopt dat alles beter zal worden als hun gezin de kans krijgt om opnieuw te beginnen in een kolonie in Drenthe of Overijssel.
Het valt flink tegen voor Andries. Het leven is daar keihard. Andries moet spitten tot zijn handen ervan bloeden. Bovendien brengt zijn vader hen telkens in de problemen, waardoor ze nooit lang op dezelfde plek kunnen blijven. Maar waarvoor vluchten ze? Wat is er vroeger gebeurd? Lukt het hen om eindelijk écht opnieuw te beginnen?
Recensie
Wat een ongelooflijk indrukwekkend stuk geschiedenis wordt er verteld in dit boek. Als je dit verhaal gelezen hebt, zul je met nieuwe ogen naar het zuiden van Drenthe of het noordwesten van Overijssel kijken… Daar waar in de 19e eeuw de landbouw- en veenkoloniën waren, en het leven keihard was.
Op de schutbladen van het boek kun je een oude kaart van Dedemsvaart zien. Toch speelt het eerste deel van het boek zich daar nog niet af. Het verhaal begint zelfs aan de andere kant van het land: in de Jordaan, de armste wijk van Amsterdam. Daarvandaan vertrekt de familie Vooys aan boord van een zeilend vrachtschip, over de Zuiderzee, langs de eilanden Urk en Schokland, in de richting van Blokzijl – in de hoop op een beter leven. Ze zijn met nog vijf gezinnen uitgekozen door de Maatschappij van Weldadigheid om te komen werken in de koloniën. Maar nadat de familie in Frederiksoord aan is gekomen, blijkt het leven daar toch allemaal wat minder mooi te zijn dan gehoopt…
‘Vergeet het maar, Andries. Het is geen begin van een nieuw leven. Want dat leven zou ons gegund moeten worden en ik ben hier nog niemand tegengekomen die ons die nieuwe start gunt. De Waard denkt alleen maar aan zichzelf. Hij probeert ons zo veel mogelijk zwaar werk toe te schuiven. Hij weet nu al zeker dat wij het niet vol gaan houden en hoopt dat er al een flink stuk woest land is omgespit tegen de tijd dat wij weer vertrekken. Daar kan hij dan goede sier mee maken. Het is in elk geval niet zijn bedoeling om ons te leren werken.’ (blz. 76)
Ademloos lees je over het harde leven in de koloniën. Christine Linneweever maakt het leven bepaald niet mooier dan hoe het was, en het begin van het boek is behoorlijk aangrijpend. De 12-jarige Andries moet werken tot zijn handen bloeden, zijn 4-jarige zusje Louwina wordt geslagen door de vrouw van de baas en tot overmaat van ramp begint zijn vader weer te drinken. Dat is absoluut verboden in de Maatschappij, maar zijn vader kampt met raadselachtige nachtmerries als hij niet drinkt… Wat wil hij vergeten?
Andries kan er niet meer van slapen. Hij is woedend op zijn vader, maar die merkt helemaal nergens meer iets van. Hij slaapt diep en snurkt hard. Hij heeft in elk geval genoeg gedronken om te kunnen slapen zonder nachtmerries te krijgen, denkt Andries boos.
Hij draait zich op zijn andere zij en ziet dan dat ook Louwina wakker is. Stil kijken ze elkaar aan. Andries ziet de wanhoop in de ogen van zijn zusje. Ze is nog zo klein! Waarom moet ze dit allemaal meemaken? (blz. 88/89)
Het ontroerende verhaal grijpt je echt naar de keel, zeker als Louwina ineens weggehaald blijkt te zijn. Toch wordt het verhaal dan ook steeds spannender, waardoor er minder ruimte is voor verdriet. Andries’ vader heeft duidelijk een heftig verleden, waardoor ze nu echt moeten vluchten… en dat is niet zonder gevaar!
Tijdens hun vlucht komen ze terecht in het gebied van de baron van Dedem en geeft Linneweever je een kijkje in een ander leven in de veengebieden: die van de turfwerkers. Je leest hoe de mensen daar in De Pol wonen en plaggenhutten bouwen om in te wonen. Het is heel mooi hoeveel interessante, historische informatie er verwerkt zit in dit spannende en aangrijpende verhaal. Het verhaal neemt nog allerlei boeiende en onverwachte wendingen en vertelt je uiteindelijk hoe het dorp Dedemsvaart is ontstaan.
Wie had ooit gedacht dat het allemaal nog eens zo zou aflopen, denkt hij (blz. 271)
Nou, inderdaad! En dat is een hele opluchting na zoveel ellende. Wat een heerlijk einde!
Lestips
Kinderen die in de omgeving van Dedemsvaart, Frederiksoord, Willemsoord of Ommen wonen, zullen dit boek sowieso fantastisch vinden: het gaat over de geschiedenis van hun woonplaats! Misschien hebben zij zelf nog wel familie die in de koloniën hebben gewerkt (dat kun je ook nog opzoeken op deze website!). De kans bestaat natuurlijk dat zij al aardig wat weten over de geschiedenis van het gebied, maar met dit boek komt het wel op een heel mooie manier tot leven.
Maar ook als je niet uit dat gebied komt, is dit boek een absolute aanrader: het vertelt je immers over een stuk geschiedenis uit eigen land en mocht je er na het lezen van dit boek ooit doorheen rijden, dan zul je er nooit meer hetzelfde naar kijken.
Om het boek te promoten, kun je eerst de achterkant voorlezen en laten zien waar het verhaal zich afspeelt. Lees daarna evt. het volgende fragment voor:
Hij weet niet (…) me niet alleen!’(blz. 59 t/m 63)
Het boek leent zich ook heel goed om voor te lezen. De hoofdstukken hebben een mooie lengte en het geeft je de mogelijkheid om met de klas na te praten over het aangrijpende verhaal.
19e eeuw / Zuiderzee / Drenthe / Overijssel
Ook is het interessant om regelmatig even de kaart van Nederland erbij te pakken. Zo is het leuk om te bekijken hoe de reis van Amsterdam naar Frederiksoord moet zijn verlopen – in een tijd dat het IJsselmeer en Flevoland nog niet bestonden. Hierdoor zullen de kinderen meteen beseffen dat Blokzijl vroeger een zeehaven was!
Ook is het erg leuk om te bekijken welke plaatsen er nog meer rond Frederiksoord en Dedemsvaart liggen: veel plaatsen hebben het woord ‘oord’ of ‘veen’ in de plaatsnaam – dat krijgt nu ook veel meer betekenis.
Veenkoloniën
In Frederiksoord is een museum te bezoeken over de Maatschappij van Weldadigheid (of: de Vrije Koloniën van Weldadigheid): Museum De Proefkolonie. Sowieso lijkt het hele dorp wel een museum, want de koloniehuisjes zijn nog steeds goed te herkennen. Zonder dit verhaal heeft dat voor kinderen niet zoveel betekenis, maar na het lezen van dit verhaal zal dat zeker anders zijn!
Het museum heeft fiets- en wandelroutes uitgezet om op ontdekkingstocht te gaan. Er is trouwens ook een mooie film gemaakt om het leven in de koloniën zichtbaar te maken.
Er is bovendien een speciale website over de Koloniën van Weldadigheid waar je nog veel meer informatie kunt vinden over de verschillende locaties (die je ook in het boek zult tegenkomen).
Ook het Veenpark in Barger-Compascuum is een mooie manier om met eigen ogen te zien hoe het leven in het veengebied vroeger was. Weliswaar speelt het verhaal van Christine Linneweever zich niet in die omgeving af, maar in dit openluchtmuseum kun je wel zien hoe de mensen er vroeger leefden; hoe een plaggenhut er (vanbinnen) uitziet en je kunt zelfs zien hoe het turfsteken in zijn werk ging.
Uitgeverij Kluitman, 2021
Bekijk bij bol:Onderwerpen: 2021, Armoede, Drenthe, Familie, Geluk, Landschap, Overijssel, Tijd van burgers en stoommachines, Tip van Julia, Tip van Lucas, Turf, Veen, Vluchtelingen & vrijheid, Vluchten, Voorleestopper, Vriendschap