Rens leest een vreemde advertentie in de krant: ‘Ben jij een begaafd kind en op zoek naar bijzondere kansen?’ Rens voelt zich wel aangesproken: hij woont in een weeshuis, is hoogbegaafd en wil dolgraag bijzondere kansen! Er volgen bizarre tests, waarvoor slechts vier kinderen slagen: Rens is één van hen. De vier hebben allemaal een uniek talent. Ze zijn geselecteerd door meneer Benedict, een mysterieuze man die hen heeft uitgezocht voor een geheime missie. Ze moeten infiltreren in het Instituut, een school voor hoogbegaafde kinderen, dat op een afgelegen eiland ligt.
Vanuit het Instituut worden gevaarlijke boodschappen verzonden. Rens en de anderen moeten uitzoeken wie de ‘Zender’ is die de wereld in zijn macht probeert te krijgen. Kan het Benedict Genootschap het mysterie van de geheime boodschappen ontrafelen? En kunnen ze het eiland verlaten voordat de Zender hen te pakken krijgt?
Dit is het eerste deel van de trilogie over het Benedict Genootschap.
Recensie
Op de voorkant van het boek staat: “Voor alle liefhebbers van Roald Dahl”, maar dat is niet per se waar ik dit boek mee zou vergelijken. Goed, net als in de boeken van Roald Dahl komen er in dit boek nogal rare typetjes voor en zijn er veel vreemde dingen aan de hand. Het verhaal bestaat uit een goede mix van spannende, mysterieuze en gekke gebeurtenissen.
Toch heeft dit boek een andere verteldynamiek en doet het eerder aan een boek als Harry Potter denken, waarbij een groepje kinderen probeert te achterhalen wie de slechterik is. Vanaf het moment dat de kinderen op het eiland aangekomen zijn, wordt het lastig om het boek weg te leggen; daarvóór komt het verhaal wat traag op gang. Dat – en de dikte van het boek – kan veel kinderen misschien weerhouden om het boek uit te lezen. Dat zou echter zonde zijn, want het is goed geschreven en is net zo vermakelijk als een James Bond film. Spionage, een geflipte slechterik en humor zorgen voor veel leesplezier!
Lestip
Door het trage begin, met veel details, is het niet het beste boek om klassikaal voor te lezen. Maar het is zeker wel een boek om te promoten! Vooral kinderen die hoogbegaafd zijn, zullen zich graag verplaatsen in de hoofdpersoon. Maar ook voor niet-hoogbegaafde kinderen is dit een heel leuk boek, want het maakt vanaf het begin heel nieuwsgierig en de spanning en het mysterie zal veel kinderen aanspreken.
De dikte van het boek, de kaft en de lange titel die niet zoveel over het verhaal zegt, zullen wellicht niet direct tot de verbeelding spreken. Des te beter om dit boek te promoten! Leuk is dan om het boek eerst te laten zien en te vragen wie het boek zou willen lezen. Vervolgens lees je bovenstaande samenvatting voor en stel je die vraag nog eens. Vervolgens lees je onderstaand fragment uit het boek voor en vraag je een derde keer wie het boek wil lezen. Wedden dat het ineens veel meer kinderen zijn geworden?
‘Laten we dan (…) boos over is.’ (blz. 57 t/m 62)
Uitgeverij De Fontein, 2011
