Natuurlijk is er bij elk schilderij van Rembrandt een officieel, kunsthistorisch verhaal te vertellen. Maar een schilderij kan ook tot leven komen, door er je eigen verhaal bij te verzinnen.
In dit boek laten 7 kinderboekenschrijvers zich inspireren door bekend en minder bekend werk van een van de grootste kunstenaars van de 17e eeuw. Zij hebben zich verdiept in het leven en de wereld van Rembrandt en schreven zo 24 verhalen bij de meesterwerken van Rembrandt in het Rijksmuseum.
Met verhalen van: Bibi Dumon Tak, Thijs Goverde, Sjoerd en Margje Kuyper, Joke van Leeuwen, Koos Meinderts en Jan Paul Schutten.
Recensie
Het grote formaat van dit boek maakt dit boek al tot een prachtig kunst-kijk-boek. Grote afbeeldingen in kleur nodigen vanzelf al uit om te kijken naar de kunst van een van de beroemdste schilders ter wereld: Rembrandt. Toch zullen sommige schilderijen voor kinderen in eerste instantie misschien wat saai zijn. Wat zegt namelijk nu eigenlijk een portret van een man die je niet kent? Of een plaatje van een schelp. Knap gemaakt hoor, maar verder best wel een beetje saai.
Dat verandert echter volledig, zodra je de verhalen die erbij staan gaat lezen. De verhalen laten je écht kijken naar de schilderijen. Ze wijzen je op de bijzondere techniek die Rembrandt heeft gebruikt; ze vertellen over zijn leven, over de tijdgeest en ineens komen de schilderijen volledig tot leven en kun je niets anders dan bewondering voelen voor deze bijzondere kunstenaar en zijn werk.
Wat zo mooi is aan de verhalen, is dat ze allerlei aspecten van de schilderijen bespreken. Zo geeft Joke van Leeuwen je uitleg over het gebruik van licht en donker in het eerste verhaal, maar ontroert ze ook in haar verhaal Brief van een jonge vader aan zijn zoontje als ze duidelijk heeft bedacht waarom deze man zich zou hebben laten portretteren. Margje en Sjoerd Kuyper zorgen er met hun ontroerende gedicht Aan de rivier voor dat je dingen ontdekt, die je anders nooit gezien zou hebben en brengen diverse schilderijen tot leven door achtergrondverhalen over de hoofdpersonen te vertellen. Koos Meinderts weet diverse schilderijen aan elkaar te verbinden door de hoofdpersonen in zijn verschillende verhalen terug te laten komen. Daarbij kruipt hij bij een van de verhalen in het hoofd van een hondje; Bibi Dumon Tak verplaatst zich verderop in het boek in een door Rembrandt geschetste circusleeuw. Jan Paul Schutten zorgt er met zijn verhaal voor dat je nooit meer hetzelfde naar de Nachtwacht zult kijken en Thijs Goverde schreef een humoristisch verhaal over misschien wel de – op het eerste gezicht – saaiste portretten uit het hele boek: van Marten Soolmans en Oopjen Coppit.
‘Nog even over mijn schoenen,’ zeurt Marten. ‘Daar zitten rozetten op van kant, heel duur. Net als mijn kraag. Dat moet je wel goed kunnen zien. Ieder draadje moet geschilderd worden!’
‘Ga ik niet doen,’ zegt de schilder met minachting in zijn stem. ‘Draadjes schilderen, dat kan elke jandoedel. Wat ik ga doen is: een paar simpele vegen met de kwast. Maar dan wel zo, dat iedereen dénkt dat-ie elk draadje ziet. Want dat kan alleen ik!’ (blz. 55)
Wat hier zo mooi aan is, is dat dit direct uitnodigt om de schilderijen in het echt te willen bekijken, want klodders verf of vegen die eruit zien als fijne lijntjes… die kun je niet zien op een afbeelding in een boek! Dát maakt wel nieuwsgierig! Dat geldt ook voor de ets van de schelp: Jan Paul Schutten heeft in zijn verhaal verwerkt hoe deze gemaakt is en dat maakt de tekening meteen veel bijzonderder.
De kwaliteit van de verhalen is zeer hoog en ook al ziet het boek er misschien niet zo heel toegankelijk uit voor kinderen (grote lappen teksten spreken meestal niet zo heel erg aan), het kan prima gelezen worden door kinderen zelf. Het is dus echt niet alleen een voorleesboek, al kan het daar natuurlijk ook zeer goed gebruikt voor worden. Helemaal mooi zou het zijn als je het schilderij tegelijkertijd aan de luisteraars kunt laten zien.
Wat het boek in ieder geval duidelijk maakt, is waarom 2019 het Jaar van Rembrandt is; waarom zijn werk na 350 jaar nog steeds zo bijzonder is. Zoals Rebekka (van het schilderij Het Joodse bruidje) in het verhaal Leg je hand op mijn hart heel mooi zegt:
‘Binnen de lijntjes kleuren kan iedereen.’ (blz. 23)
En Rembrandt was duidelijk anders. Na het lezen van dit boek zal elk kind weten waarom hij gezien wordt als een van de grootste kunstenaars van de Gouden Eeuw.
Lestips
Aangezien Rembrandt hoort bij ons cultureel erfgoed en zelfs is opgenomen in de geschiedeniscanon, zal elke school het een keer over Rembrandt (moeten) hebben. Dan kan ik je dit boek echt van harte aanraden. Wat een geweldige manier om deze kunstenaar tot leven te brengen. Mooie verhalen en prachtige afbeeldingen. Zoals ik al zei: dat nodigt uit om de schilderijen in het echt te gaan bekijken! Dit boek is dan ook een perfecte voorbereiding op een bezoek aan het Rijksmuseum, want daar kun je deze meesterwerken bewonderen.
De website van het Rijksmuseum is dan ook goed om te gebruiken om de afgebeelde schilderijen te vinden – voor op het digibord tijdens het voorlezen! Rembrandts werk vind je hier.
Zelf aan de slag
Heel bijzonder in het Jaar van Rembrandt is de tentoonstelling Lang leve Rembrandt (15 juli t/m 15 september 2019). Van basisschoolleerling tot gevestigd kunstenaar en van controller tot meubelmaker, honderden kunstenaars brengen in deze zomertentoonstelling van het Rijksmuseum een eerbetoon aan de grote meester. Al deze mensen maakten onder andere 96 versies van De Nachtwacht, 253 kinderkunstwerken en 132 kopieën van Rembrandts zelfportretten. 575 werken werden voor de tentoonstelling geselecteerd, die in totaal door 693 mensen zijn gemaakt. Er waren inzendingen uit maar liefst 95 verschillende landen!
Hoe leuk is het om kinderen ook te inspireren tot het maken van een eigen Rembrandt!
In het boek staan ook 2 verhalen die overduidelijk laten zien hoe je met Rembrandt aan de slag zou kunnen gaan:
- Schrijf een brief aan Rembrandt, zoals Donnie Meipaart (lees: Koos Meinderts) doet in Brief.
- Of laat je net als Robin (Een verhaal over vriendschap) inspireren door een schilderij van Rembrandt en probeer het na te maken (met andere modellen).
Ook erg leuk: maak een schilderij zoals Rembrandt dat gedaan zou kunnen hebben. Daarbij kijk je goed naar de technieken die hij gebruikte: het gebruik van donker en licht, maar ook de manier waarop hij schilderde. Of schilderde… dat deed hij juist eigenlijk niet:
‘Dat is toch geen schilderen! Nu zit hij te klieren met een paletmes. En nu met de achterkant van zijn penseel, hij zit gewoon te krassen! En nu schraapt hij de helft er weer af met dat mes van hem!’ (blz. 23)
Uitgeverij Rubinstein, 2019
Bekijk bij bol:Onderwerpen: 2019, Creatief, Etsen, Kinderboekenweek 2020, Kunst, Kunstenaars, Rembrandt, Rijksmuseum, Schilderijen, Verhalenbundel, Voorleestopper
Geïllustreerd door Charlotte Dematons