Avontuur op Bonaire
Als Thom en zijn buurmeisje Lin op Texel de berging van een oud WIC-schip bezoeken, ontdekken ze in een scheepskist een oude kruik met een eeuwenoude schatkaart. Op de kaart is Bonaire te zien en ze krijgen Thoms vader zo ver om er samen naartoe te gaan. Thom en Lin duiken diep in de geschiedenis van het eiland om te achterhalen waar de schat gebleven kan zijn. Het spoor leidt naar de zoutslaven die onmenselijk hard moesten werken in de hete zoutpannen.
Maar er liggen meer kapers op de kust. Calo, de stugge zoon van de verhuurder van hun appartement, is ook op zoek… Wie kunnen Thom en Lin vertrouwen tijdens hun zoektocht? En zal het lukken de schat te vinden?
Operatie Turtuga bevat een speciaal Bonaire-dossier voor als je na het lezen van dit spannende verhaal meer wilt weten over Bonaire en haar bewoners.
Het boek is een vervolg op Expeditie Toi Moko, waarin Thom en Lin ook al een spannend avontuur beleefden. In Operatie Turtuga wordt af en toe wel verwezen naar dit eerdere boek, maar meer om nieuwsgierig te maken; beide boeken kunnen zelfstandig gelezen worden.
Recensie
Dit spannende verhaal over een zeer interessant stuk Nederlandse geschiedenis begint in 1628, als Pier en Corneel zout staan te scheppen en ondertussen praten over het veroveren van de Zilvervloot. Als twee hoofdstukken later in een oud WIC-scheepswrak een schatkaart wordt gevonden van “P er en Co n el”, lijkt het duidelijk waar dit boek over gaat: de WIC en de Zilvervloot. Maar nee, dat is toch niet het hoofdthema van het verhaal! Dit boek bespreekt namelijk vooral de slavernij in de 19eeeuw op Bonaire – het eiland dat op de schatkaart is getekend.
Het boek zit in eerste instantie best ingewikkeld in elkaar en het is even goed opletten in welke tijd bepaalde stukken tekst zich afspelen. Er zijn, zeker in het begin, namelijk veel tijdsprongen in het boek. De meeste stukken uit het verleden spelen zich af in 1851 en gaan over Chiku, een zoutslaaf op Bonaire. Zijn verhaal is in een ander lettertype gedrukt en vertelt over de zware omstandigheden waarin de slaven moesten werken en leven. Het is niet gelijk duidelijk waarom je zijn verhaal leest, maar dat maakt juist extra nieuwsgierig – zeker als je merkt dat heden en verleden elkaar beginnen te overlappen. Waar gaat dit verhaal naartoe? De spanning loopt snel op…
Toch is het leukste natuurlijk dat de hoofdpersonen in dit boek op schattenjacht gaan! Fedor de Beer neemt de lezer goed mee in de speurtocht van Thom en Lin naar de piratenschat. Het boek is geschreven in heel directe, reële spreektaal, wat ontzettend lekker wegleest. De 13-jarige hoofdpersonen puzzelen op namen, doen research in Amsterdam, googelen zich suf en leren zo steeds meer over het verleden van Bonaire.
‘Indianen, op Bonaire?’ Thom keek zijn vader ongelovig aan.
Die rolde met zijn ogen. ‘Jullie wisten tot vanmiddag niet dat er eeuwenlang tot slaaf gemaakte Afrikanen werkten op de zoutvelden van Bonaire en ook al niet dat er oorspronkelijk indianen op het eiland woonden? Wat hebben jullie in hemelsnaam zitten googelen de afgelopen weken? Hallo!’ (blz. 52)
Omdat Thoms vader documentaires maakt, krijgen ze de kans om verder onderzoek te gaan doen op Bonaire. Hoe vet is dat?! Niet alleen Thom en Lin zijn superenthousiast dat ze Bonaire mogen gaan ontdekken; de lezer gaat op deze manier ook mee op ontdekkingstocht. De auteur heeft ontzettend veel informatie over het eiland in het verhaal verwerkt. Je leest hoe de mensen leven, over de strijd tussen de Nederlanders (makamba’s) en de Bonairianen, over de armoede en over het Papiaments. Leuk detail: alle hoofdstuktitels zijn in het Papiaments geschreven en achterin het boek vind je een woordenlijst.
Het is heel knap hoe de verhaallijnen en alle informatie met elkaar verweven worden in dit boek. Terwijl Thom en Lin rondscheuren over het eiland, komen ze steeds meer aanwijzingen uit het verleden op het spoor. Het is daarbij vooral spannend, dat ze niet zeker weten wie ze kunnen vertrouwen…
Even wisselden Thom en Lin een blik. Die Calo had echt op alles een antwoord. Hij was zo glad als een aal. Was dit echt safe? (blz. 145)
Naar het einde toe wordt het verhaal steeds spectaculairder. Weliswaar is het een béétje onwaarschijnlijk allemaal, maar het zou een goede actiefilm opleveren! En zo is dit boek niet alleen ontzettend interessant, maar ook een geweldige detective waarbij tot het einde spannend blijft of ‘Operatie Turtuga’ zal slagen!
Lestips
Fedor de Beer is zelf leraar en dat merk je aan zijn verhalen: ze zijn niet alleen spannend en passend bij de doelgroep; ze zijn ook ontzettend informatief! Zelf zegt hij ook in het nawoord:
‘Ik hou van verhalen die een beeld geven van een land, van de mensen die er wonen en van de geschiedenis die het heeft gevormd.’ (blz. 231)
Dat is ook precies wat dit boek doet: het is zo ongelooflijk interessant om op deze manier meer te weten te komen over Bonaire en de (niet zo mooie) manier waarop dit eiland verbonden is met Nederland. Eigenlijk is het niet eens meer nodig om het dossier over Bonaire, achterin het boek, te lezen. Na het lezen weet je al van alles over de bewoners, de zoutpannen (Blauwe, Witte, Rode en Oranje Pan… niet bepaald toevallig de kleuren van de Nederlandse vlag), de WIC, de slavernij en het landschap. Uit alles is duidelijk dat Fedor de Beer zelf op het eiland is geweest en hij heeft daarnaast veel gebruik gemaakt van meelezers die Bonaire goed kennen. Het dossier kun je wel goed gebruiken voor ‘de feitjes’: oppervlakte, aantal inwoners, cultuur, bijzondere dieren… Een geweldig boek voor in de klas dus!
Wil je het boek promoten, dan kun je het volgende korte fragment voorlezen – dan zit je meteen helemaal in de spannende schattenjacht!
‘Hier ligt de schat niet (…) ‘Wat doen we nu?’ (blz. 123/124)
Het boek leent zich echter ook prima om voor te lezen! Het is spannend, informatief en je kunt er allerlei lessen aan koppelen.
Zoutpannen
In dit verhaal worden de zoutpannen van Bonaire vooral gekoppeld aan de slavernij, maar het is natuurlijk ook interessant om te zien wat zoutpannen nu precies zijn. Ze worden ook nog steeds gebruikt! Hiervoor kun je dit filmpje van SchoolTV laten zien.
Slavernij
Dit boek vertelt uitgebreid over de slavernij. Als je een fragment uit het eerste hoofdstuk van Chicu voorleest, krijgen kinderen een goed beeld van wat er in Bonaire gebeurde. Het is weer een ander verhaal dan op de plantages (in Suriname of Nederlands-Indië) en laat zien hoe groot en mensonterend het Nederlandse slavernijverleden is.
Met een kreun (…) de kuil in. (blz. 29 t/m 31)
Nog schokkender wordt het als je het verhaal van Martha leest: een meisje van veertien dat later in het verhaal zwanger blijkt te zijn…
Chiku was jong (…) maar zei niets. (blz. 62 t/m 64)
Ook over de afschaffing van de slavernij en het vrijkopen van slaven kun je in dit boek lezen (o.a. blz. 37 en 169).
Anansi
In het boek wordt ook verwezen naar de Anansi-verhalen, die op Bonaire Kompa Nanzi wordt genoemd.
‘Ik vertel dit, anders denken jullie dadelijk nog dat het verhaal echt over een spinnetje gaat. Maar dat is onzin. Kompa Nanzi heeft natuurlijk nooit bestaan, maar voor de tot slaaf gemaakte Afrikanen was hij een held. Via hem konden ze dingen bespreken waar ze anders slaag voor kregen. En er zat altijd een kern van waarheid in, een boodschap. (blz. 171/172)
Door dit boek word je direct nieuwsgieriger naar deze verhalen, omdat de achterliggende betekenis veel duidelijker wordt! Op de website beleven.org kun je verhalen vinden, maar er zijn ook filmpjes te vinden van bijv. Mister Anansi:
Ook is nog niet zo lang geleden een hertaling van Het grote Anansi boek van Johan Ferrier verschenen bij Em. Querido’s Uitgeverij.
Schrijver in de klas
Het allerbeste over al deze thema’s kan natuurlijk Fedor de Beer zelf vertellen. Ook al geeft hij nu les op de hogeschool, hij heeft ook een pabo-diploma! Je haalt dus niet alleen een schrijver in de klas, maar ook een bevlogen leraar! Op zijn Facebook-pagina schreef hij afgelopen Kinderboekenweek:
Met mijn V.O.C.-kist – sinds Operatie Turtuga gemakshalve ook W.I.C.-kist – heb ik weer verschillende klassen bezocht. Na een klein lesje Papiamentu en hoe zat het ook alweer met die driehoekshandel, zochten groepen vijf en zes ‘Aotearoa’ op de landkaart (ze wisten het allemaal!), leerden groeten (‘kia ora’) en schelden (‘pokokehua!’) in het Maori en ze kennen nu de theorie achter het prepareren van een afgehakt hoofd (een ’toi moko’)… In groepen zeven en acht zijn we op zoek gegaan naar de kinderen uit het Kindertransport en ontdekten dat er uit Hilversum maar liefst veertien kinderen in die verschrikkelijke trein zaten. ‘Meneer, mijn vader woont in die straat…!’
Daar word je toch enthousiast van?! Naast het boek Operatie Tortuga heeft Fedor de Beer ook het boek Expeditie Toi Moko geschreven (over de Maori) en Het kindertransport (over de Tweede Wereldoorlog).
Zelf zou ik het boek Operatie Turtuga trouwens vooral in groep 7 en 8 promoten en niet zo snel in groep 5 en 6; niet alleen vanwege de heftige thematiek (slavernij), maar ook omdat de hoofdpersonen echte pubers zijn en al op de middelbare school zitten. De manier waarop zij dus met elkaar omgaan en met elkaar praten sluit beter aan bij wat oudere kinderen (vanaf een jaar of 11).
Je kunt Fedor de Beer boeken via de Schrijverscentrale.
Lees ook:
Van Goor, 2020
Bekijk bij bol:
Onderwerpen: 2020, Bonaire, Caribisch gebied, Caribisch Nederland, Indianen, Kinderboekenweek 2020, Landschap, Schatten, Schatzoeken, Slavernij, Suriname & Antillen, Tijd van burgers en stoommachines, Tip van Emma, Tip van Lucas, VOC, Voorleestopper, WIC, Zilvervloot, Zout