Welkom in de fantastische gedachten van OMAR!
In dit boek vind je:
– een nieuwe school
– een nare pestkop
– een draak en een zombie
– een Suikerfeest (jippie)
– en cadeautjes (dubbeljippie)
– en heel veel toestanden…
Vertaald door Edward van de Vendel.
Eerste deel in de serie Planeet Omar.
Recensie
Je kent me misschien nog niet, maar als je dit boek opendoet, moet je zo hard lachen dat het snot uit je neus spuit.*
* snot niet 100% gegarandeerd
Deze veelbelovende tekst zal direct veel kinderen enthousiast maken om dit boek te gaan lezen. En als dat nog niet genoeg is, dan werken de vele grappige, kleine tekeningetjes op de cover ook wel mee. In het boek vind je er nog veel meer en daarbij de gebruikelijke uitvergrote letters, grappige lettertypes en bijbehorende kreten (WAAAWIEHOEI! IEWW!). Tot zover een zeer gebruikelijk eigentijds kinderboek dus.
Maar… dit boek is ook beduidend anders! Kijk maar eens goed naar de cover: daar zie je een vrouw met een hoofddoek, ofwel een hidjab – want dat dat zo heet, lees je al direct op een van de eerste bladzijden. Die vrouw is namelijk de moeder van Omar en daardoor wordt duidelijk dat de hoofdpersoon moslim is. Grappig genoeg staat dat nergens, maar tijdens het lezen van het eerste hoofdstuk leer je wel al van alles over het islamitische geloof. En daarbij zul je daadwerkelijk waarschijnlijk ook al een paar keer hardop hebben moeten lachen!
Er zijn maar weinig boeken waarin de hoofdpersoon moslim is en dit boek is daardoor heel verfrissend. Weliswaar speelt het verhaal zich in Engeland af en komt Omars familie oorspronkelijk uit Pakistan; álle moslimkinderen zullen veel herkenning vinden in dit boek. Zij zullen vast, net als Omar, erg moeten lachen om het idee dat hun moeder ALTIJD een hoofddoek zou dragen of snappen waarom Omars moeder de buurvrouw móet helpen. Tegelijkertijd legt Omar in dit boek veel uit over zijn geloof, waardoor kinderen die nog weinig weten over moslims van dit boek juist heel veel leren: o.a. over hoe zij bidden, over de ramadan en het Suikerfeest en over het doen van dua’s.
Ik vraag me soms af of andere mensen, als ze de lippen van een moslim zien bewegen, denken dat hij een geheime vloek uitspreekt. Of denken ze dat moslims in zichzelf mompelen? In elk geval: dan doen ze dus gewoon een dua. (blz. 72/73)
Al die weetjes over de islam zijn op een erg levendige en humoristische manier met het verhaal verweven. Omar is net verhuisd en moet naar een nieuwe school. Hij vertelt heel open over zijn zenuwachtige gevoelens. Misschien ook wel terecht, want als ‘problemenmagneet’ krijgt hij op dag één al te maken met een enorme pestkop. Ook met de buurvrouw loopt het contact niet helemaal lekker. Daarbij komen vooroordelen over moslims op onmiskenbare wijze ter sprake, maar zowel Omar als zijn familie laten zich daardoor niet kisten en blijven het gehele boek vriendelijk en beleefd. Hoewel het misschien wat cliché is, slaat de vijandigheid in het boek uiteindelijk om in vriendschap.
Het is duidelijk dat de auteur wil uitdragen dat iedereen verschillend mag zijn – niet voor niets is dit boek opgedragen ‘aan alle kinderen die ooit hebben gedacht dat anders zijn iets negatiefs is’. De boodschap ligt er behoorlijk dik bovenop, maar dat is niet erg. Het verhaal is erg grappig, de hoofdpersoon is aardig, je leert er veel van en het is sowieso een mooie boodschap. Misschien is het wel nodig om het er zo dik bovenop te leggen. Zoveel boeken zijn er niet over moslims en er zijn nog genoeg vooroordelen te ontkrachten! Het verhaal leest daarnaast, mede dankzij de soepele vertaling van Edward van de Vendel, ook nog eens lekker makkelijk weg en is door de vormgeving erg aantrekkelijk. Dit boek zal menig niet-lezer enthousiast maken!
Lestips
Dit is zo’n boek dat zichzelf eigenlijk al ‘verkoopt’: het ziet er vrolijk uit en er staan veel grappige, kleine tekeningetjes op. Lees ook de achterkant nog even voor en veel kinderen zullen het al willen lezen. Toch is het de moeite waard om nog nét ietsje langer stil te staan bij het boek.
Je kunt de kinderen bijvoorbeeld bewust wijzen op de namen van de auteur en de illustrator – beide overduidelijk niet westers. Achterin het boek staan foto’s van de dames, met een heel korte biografie. Erg leuk, aangezien Zanib Mian een mooi rolmodel is voor (moslim)meisjes: ze heeft aan de universiteit gestudeerd en lesgegeven in natuurkunde.
Ook kun je natuurlijk nog een stukje voorlezen uit het boek, zodat kinderen merken dat het boek inderdaad erg grappig is! Laat dan ook meteen even de hoofdpersonen zien: Omar, Esa, Maryam en mama en papa. Kinderen zullen dan direct opmerken dat dit verhaal over een moslimfamilie gaat.
GTTUFFF! Opeens zat (…) gemaakt voor Fadjr. (blz. 15 t/m 20)
Dit fragment zal bij sommige kinderen misschien direct vragen oproepen: Fadjr??? Laat dan bladzijde 21 zien en vertel dat moslims vijf keer per dag bidden.
Je kunt ook nog dit filmpje van SchoolTV laten zien. Daarin worden kort de vijf zuilen van de islam uitgelegd.
Ramadan
In het verhaal lees je ook over de ramadan. Charlie, Omars vriend, weet er helemaal niets vanaf en gaat er – vanwege zijn ‘onderzoekende geest’ – allerlei vragen over stellen.
‘Dus, wacht, Omar, tijdens de ramadan mag je dus een hele maand niet eten? Gaan er dan geen mensen dood?’ vroeg hij. (blz. 123)
Het is erg leuk om het gesprek tussen Charlie en Omar te lezen, omdat kinderen er op heel mooie wijze van leren dat het goed is om vragen te stellen! Moslimkinderen zullen wellicht ook beseffen dat sommige niet-moslimkinderen echt geen idee hebben wat de ramadan inhoudt.
Ook dit is een mooi fragment:
Het was een heel normale dag, maar thuis was het bijzonder, want het was de eerste dag van de ramadan en daar praatte iedereen de hele tijd over. In mijn klas had niemand het erover, en daarom was ik superverbaasd toen juf Hallison naar mijn tafel kwam en ‘fijne ramadan, Omar’ zei. (blz. 131)
Om duidelijk te maken wat de ramadan betekent voor moslims, kun je ook dit filmpje van Het Klokhuis laten zien. Het Jeugdjournaal besteedt trouwens ook elk jaar aandacht aan de ramadan:
Vooroordelen
De buurvrouw van Omar noemt zijn familie in eerste instantie ‘die moslims’. Daar zit een heel negatieve klank in. Snappen kinderen waarom dat zo is?
Later noemt de buurvrouw hen ‘DE moslims’. Wat is het verschil? Omar en zijn gezin moeten er trouwens wel om lachen (blz. 139). Snappen de kinderen dat?
Eventueel kun je dit misschien begrijpelijker maken door ‘moslims’ te vervangen door ‘Hollanders’. Of gebruik de provincienaam (bijv. ‘die Brabanders’ vs. ‘de Brabanders’). Voelen (niet-moslim) kinderen nu zelf het verschil?
Uitgeverij Volt, 2019
Bekijk bij bol: Bekijk bij bol:Series: Planeet Omar | Onderwerpen: 2019, Angst, Feesten & herdenken, Islam, Jezelf presenteren, Jezelf zijn, KBW 2023, Moslims, Pesten, Ramadan, Religies, Serie, Tip van Daan, Vooroordelen, Vriendschap