Peregrinus Pincet is een 511-jarige in het lichaam van een knappe twintiger. Op de zolder van zijn enorme huis woont een beest dat hij de vreemdste dingen moet voeren. In ruil daarvoor spuugt het beest allerlei cadeaus uit, waaronder een drankje waarmee Peregrinus al eeuwen jong blijft.
Maar het wordt steeds moeilijker het beest tevreden te houden. Wanneer het een sappig, mollig kind eist, gaat Peregrinus wanhopig op zoek naar het verschrikkelijkste exemplaar dat hij kan vinden. Bethany uit het weeshuis van mevrouw Nachtkaars lijkt de ideale kandidaat. Maar zij is niet van plan de volgende snack van het beest te worden!
Vertaald door Robbert-Jan Henkes.
Recensie
‘Ik zei, ik wil een kind!’ donderde het beest. ‘Ik wil weten hoe een kind smaakt. Ik wil een sappig, mollig kind, dat ik in één zachte, zompige slobberhap kan opslokken.’
Peregrinus schuifelde zenuwachtig heen en weer. Hij had zo’n idee dat het beest nog wat wilde zeggen.
Dat klopte.
‘Ik wil weten hoe een snotneus smaakt,’ zuchtte hij dromerig. ‘En bolle wangetjes, vieze nagels en haren die onder de neten zitten!’
Het beest hijgde en zweette van opwinding. Hij keek Peregrinus aan met een blik vol fel brandende honger. En hij vroeg, nu met een veel zachtere stem: ‘Wanneer denk je dat je er mij zo eentje kunt bezogen?’ (blz. 24)
Het hoofdstuk dat hierop volgt heeft de titel ‘De verhitte discussie’ en je zult dan ook wel snappen welke kant het verhaal opgaat. Peregrinus is geen lieverdje, maar een kind aan het beest voeren, gaat hem ook wat ver. Toch wil hij nóg liever jong blijven… dus ja… Hij gaat overstag en op zoek naar een geschikt exemplaar. Het wordt Bethany, het vreselijkste kind uit het weeshuis.
‘Bethany heeft geen manieren. Ze draagt nooit de mooie jurken die voor haar klaarliggen en ze eet als een beest dat in de stal thuishoort,’ zei mevrouw Nachtkaars. ‘Ik wil u op het hart drukken om heel goed na te denken voor u haar opneemt.’
Peregrinus dacht heel goed na. Dat duurde een volle drie seconden.
‘Ik wil Bethany hoe dan ook,’ zei hij. ‘En ik kan u beloven dat ik haar nooit meer zal terugbrengen.’ (blz. 55)
De droge, nuchtere vertelstijl en het contrast met de griezelige en gruwelijke gebeurtenissen maken dit verhaal ontzettend grappig! Het boek wordt op de achterkant vergeleken met boeken van Roald Dahl en inderdaad heeft dit verhaal dezelfde soort geniepige en ridicule details als Dahl in zijn boeken kon verwerken. Peregrinus is een fantastisch personage: ‘een lelijk iemand met een mooi leven’ en ook Bethany is inderdaad zo’n vreselijk kind, dat haar gedrag en uitspraken ongetwijfeld op je lachspieren zullen werken. Daarnaast zit het boek vol met David Walliams-achtige herhalingen – zoals de vogelverkoper die ‘persoonlijk’ graag geld verdient – en allerlei grapjes, die Robbert-Jan Henkes uitermate goed heeft vertaald naar het Nederlands. Geniaal gevonden is bijvoorbeeld het ‘doodschappenlijstje’ dat Peregrinus en Bethany gaan afwerken; een activiteit die een belangrijke wending aan het verhaal geeft…
Je zult begrijpen dat zowel Bethany als Peregrinus allebei niet dood willen en hoewel het verhaal niet volledig verrassend verloopt, blijft het best spannend hoe het voor hen beide zal gaan aflopen. Een mooi sprookje wordt het zeker niet; bereid je maar voor op een paar gruwelijke details! Ondanks dat is er natuurlijk een dikke knipoog naar Belle en het Beest, waarbij je je kunt afvragen wie er in dit geval nu precies ‘het beest’ is… Maar zelfs als Bethany en Peregrinus toch niet zo vreselijk blijken te zijn als je misschien zou denken, wordt dat niet zoetsappig. Integendeel, hoe grappig dit boek ook is, het eindigt nog met een griezelig staartje… Dus of ze nog lang en gelukkig zullen leven…??
Lestips
Dit boek is inderdaad zeer geschikt voor liefhebbers van boeken van Roald Dahl, al is dit boek misschien nog nét ietsje griezeliger (met name door het open einde). Waarschijnlijk zullen er al aardig wat kinderen zijn die nieuwsgierig worden van de flaptekst, maar nog leuker wordt het als je een stukje voorleest. Je kunt hiervoor hoofdstuk 3 gebruiken – dat brengt goed de droge humor in het verhaal over. Lees eerst de flaptekst voor en vertel dat het beest net heeft gevraagd om een kind.
‘Je mag geen kind (…) anders moest bedenken. (blz. 25 t/m 30)
Het boek heeft trouwens een heel fijn, compact formaat en bevat veel grappige zwart-wit illustraties van Isabelle Follath. Het maakt dit boek zeer aantrekkelijk om zelf te lezen.
Maar… het boek is ook zeer geschikt om voor te lezen. Het boek bestaat uit korte hoofdstukken en af en toe is er een alwetende verteller aan het woord (‘Want op het moment dat dit verhaal begint, moet je weten, was Peregrinus op weg om iets heel erg lelijks en onvriendelijks te doen.’ blz. 6).
Qua griezeligheid kun je het een beetje vergelijken met (de reuzen in) De GVR van Roald Dahl, al gaat het in dit boek nét een stapje verder. Het laatste hoofdstuk (Het eind… erige) kun je evt. laten zitten als je denkt dat er kinderen in je klas zijn die daardoor wat minder goed kunnen slapen…
Em. Querido’s Uitgeverij, 2020
Bekijk bij bol:Onderwerpen: 2020, Gevoelens, Keuzes, Magie, Monsters, Tip van Finn, Voorleestopper, Weeskinderen
Geïllustreerd door Isabelle Follath