Hoe mijn opa vrolijk doodging
De opa van Stijn is ernstig ziek en zal ook niet meer beter worden. De hele familie maakt zich zorgen en wil voorkomen dat de driedaagse fietstocht die opa met Stijn gepland heeft doorgaat. Maar Stijn kent opa… Hij is stoer, grappig en laat zich door niets of niemand tegenhouden. Die fietstocht zal er komen. Opa wil zelf bepalen hoe hij zijn leven leidt. Maar hij wil ook zelf bepalen hoe dat leven eindigt…
Recensie
Het is op het eerste gezicht een beetje een onduidelijke cover: een jongen en een opa die verscholen gaan achter grote letters: Code Kattenkruid. (Waarom achter die letters?!) Maar dan – als je wat beter kijkt – die ondertitel: Hoe mijn opa vrolijk doodging. Hoooo… wacht even, wat is dat?! Vrolijk doodgaan?! Hoe kan dat nou?
Het overgrote deel van de kinderen zal enigszins geschokt reageren op deze titel: wat is er vrolijk aan het feit dat je opa doodgaat?! Ze hebben gelijk: eigenlijk niets. Vrolijk kun je dit boek ook niet noemen. Waar gaat het dan over? Dat blijkt uit het fragment dat achterop het boek staat geciteerd:
‘Ik ga trouwens niet zitten wachten tot ik langzaam in elkaar stort van ellende en eindig als een plant, want ik stap er eerder uit.’
Ik schrok en stamelde: ‘Maar opa…’
‘Niks, “maar opa”. Misschien ga ik vanzelf dood, maar als het niet anders kan, wil ik euthanasie. Weet je wat dat is?’
(blz. 9)
Een kinderboek over euthanasie, dat wilde Jacques Vriens graag schrijven, ook al weet hij dat er mensen zijn die ertegen zijn. In dit boek legt de opa van Stijn echter duidelijk uit waarom hij aan het einde “stilletjes wil wegglijden” en door de luchtige toon van het verhaal en de verhalen die opa aan Stijn vertelt, snap je als lezer ook dat dit helemaal bij hem past.
Eigenlijk gaat dit boek vooral over het levensverhaal van de opa van Stijn en hun bijzondere band samen. Stijn en opa hebben hun eigen geheime codes en gaan in dit boek samen een fietstocht maken, ook al zijn de moeder en tante van Stijn daar fel op tegen. Het blijkt tekenend voor de persoonlijkheid van de opa van Stijn: hij doet precies waar hij zin in heeft.
Tijdens de fietstocht – fietsen is iets wat Vriens overigens ook vaak deed met zijn kleinkinderen – leert Stijn zijn opa steeds beter kennen. Opa vertelt hem over zijn leven en dat zijn zeker geen zoete verhaaltjes ‘over vroeger’. Opa was bouwvakker en vertelt bijvoorbeeld over de grote hoeveelheid alcohol die hij dronk en de gevolgen die dat had. Het is duidelijk dat Vriens taboes niet uit de weg gaat in dit boek.
Ik kwam zo dronken thuis dat het bier zo ongeveer uit mijn oren spoot. Oma werd nooit echt kwaad, maar die keer was ze het helemaal zat en ze begon tegen me te schreeuwen. Dat kende ik helemaal niet van haar, maar in plaats van dat ik daardoor tot bezinning kwam, werd ik woedend. En met zo veel drank op, weet je niet meer wat je doet. (blz. 61)
Wat opvalt aan dit verhaal is dat Stijn zijn opa steeds beter leert kennen als een man met een eigen leven. Het wordt daardoor ook steeds logischer en begrijpelijker, voor zowel Stijn als de lezer, dat opa euthanasie wil plegen aan het eind. Maar hoe je het ook wendt of keert, dat betekent dat het verhaal met een verdrietig afscheid eindigt. Het proces van euthanasie wordt bovendien ook verteld – best heftig.
Toch zal vooral de bijzondere band tussen Stijn en zijn opa na het lezen in je herinnering blijven hangen en dat is volgens het nawoord precies wat Vriens voor ogen had. Het is bijzonder knap hoe Vriens dit beladen onderwerp toegankelijk heeft weten te maken voor kinderen. Hij geeft kinderen bovendien een mooie levenswijsheid mee: afscheid nemen hoort bij het leven, maar de herinneringen die je samen maakt blijven voor altijd.
Lestips
Bij Jacques Vriens weet je wel ongeveer wat je kunt verwachten: recht-voor-je-raap verhalen die gaan over het echte leven. Vriens schuwt moeilijke thema’s nooit en dat kinderen niet bang zijn om over de dood te lezen, blijkt wel uit het succes van Vriens’ boek Achtste groepers huilen niet. Kinderen krijgen bovendien vaak te maken met de dood van grootouders en euthanasie is dan misschien ook wel iets waar ze mee te maken krijgen. Het verhaal ligt dus dicht bij de belevingswereld van kinderen op de basisschool.
Toch waren kinderen wel geschokt toen ik de cover van het boek liet zien in een boekpromotie. Waarschijnlijk omdat ze de combinatie van ‘vrolijk’ en ‘doodgaan’ zagen als een soort mislukte, harde grap. Slechts een enkeling bedacht dat dit te maken kon hebben met een ernstige ziekte, waarvan de opa blij was dat hij ervan af was. De link met euthanasie was op die manier wel makkelijk te leggen. Veel kinderen waren direct geïnteresseerd in het verhaal.
Om het boek te promoten, kun je eigenlijk volstaan met het voorlezen van het fragment op de achterkant. Wil je echter ook nog eens extra duidelijk maken hoe luchtig het verhaal verteld wordt, lees dan ook hoofdstuk 1 voor.
‘Wat doen jullie (…) heel anders doen. (blz. 5 t/m 8)
Het leuke is dat de laatste zin van hoofdstuk 1, voor de oplettende types in je klas, ook de titel al enigszins verklaart: Stijn en opa hebben namelijk geheime codes.
De schrijver vertelt
In de allereerste aflevering van de Grote Vriendelijke Podcast vertelt Jacques Vriens zelf over dit boek.
Wil je dat je klas hem zelf kan interviewen over dit boek (en zijn andere verhalen), dan kun je hem natuurlijk ook altijd uitnodigen in de klas via de Schrijverscentrale.
Uitgeverij Van Holkema & Warendorf, 2018
Bekijk bij bol:Onderwerpen: 2018, Dood, Euthanasie, Familie, Gevoelens, Gezondheid, Grootouders, Keuzes, Rouwproces, Tip van Julia, Verdriet