Leeshokjes vs. grenzeloos lezen
Woensdag 15 mei jl. hield Marjolijn Hof de Annie M.G. Schmidtlezing in het Kinderboekenmuseum in Den Haag. Haar lezing had de titel Een noodzakelijk kwaad? en is in zijn geheel terug te lezen op de website van IBBY Nederland of terug te luisteren via de Grote Vriendelijke Podcast.
In haar lezing gaf Marjolijn Hof haar visie op de noodzaak van het indelen van boeken, maar tegelijkertijd ook over de noodzaak van het doorbreken van deze indeling. Zij gelooft in ‘grenzeloos lezen’: lezen zonder hokjes, zonder dat iemand anders dan jijzelf bepaalt wat je zou moeten lezen.
Boeken in de bibliotheek
Hof heeft zelf jarenlang als jeugdbibliothecaris gewerkt en weet dus als geen ander hoe bibliotheken bezig zijn met het ordenen van boeken. Boeken worden allereerst gecategoriseerd als jeugdboek of boek voor volwassenen en daarna ingedeeld op leeftijd, soort en tegenwoordig ook nog op genre.
Die leeftijdsindeling ken je ongetwijfeld: het gaat dan namelijk om de A, B, C en D-indeling. Ik schreef er al over op de pagina Indeling van kinderboeken. Ook schoolbibliotheken hanteren meestal deze indeling.
Het is een handige indeling, want het is een indeling die houvast geeft bij het aanreiken van boeken aan kinderen. Toch moet je altijd zelf blijven nadenken, want je plaatst de boeken in feite in ‘leeshokjes’, zoals Hof ze mooi noemt. En bij het denken in hokjes worden helaas vaak fouten gemaakt.
De meeste mensen denken namelijk dat A, B, C en D een moeilijkheidsgraad aangeven, maar dit is niet per se zo. Vanzelfsprekend gaat een leeftijdsindicatie ook gepaard met een bepaalde woordenschat, maar een A-boek kan soms qua taalgebruik moeilijker zijn dan een B-boek. Of de opbouw van een bepaald B-boek is ingewikkelder dan die van een C-boek. Waar de letteraanduiding dus mee te maken heeft (of in ieder geval mee te maken zou móeten hebben), is de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen die bij een bepaalde leeftijd past. Maar zoals altijd zullen sommige kinderen verder zijn in hun ontwikkeling dan anderen, dus deze indicatie mag nooit als grens worden gebruikt. Jij kunt niet bepalen of een kind aan een boek toe is of niet. Je kunt er wel advies over geven. De indeling is bedoeld als leidraad voor het vinden van de juiste boeken.
Nadelen van A, B, C
Wat ik vaak hoor en zie, is dat C-boeken een hoger aanzien lijken te hebben dan B-boeken. ‘Ben je een goede lezer of hoogbegaafd? Ga dan maar een C-boek lezen, want dat past vast beter bij je.’ Terwijl die denkwijze natuurlijk niet klopt. Een goede lezer hoeft niet per se voor te lopen in zijn of haar sociaal-emotionele ontwikkeling. Veel C-boeken sluiten qua belevingswereld niet aan bij die van een kind op de basisschool (en zo wel, dan had het eigenlijk dus een B-boek moeten zijn, maar dat is weer een andere discussie). Wat in ieder geval belangrijk is om te beseffen: een C-boek is absoluut niet ‘beter’ dan een B-boek en je kunt een kind dan ook niet ‘belonen’ met een C-boek.
Helaas wordt dit vaak wel zo gezien, ook door kinderen zelf. Het is een hardnekkig misverstand, dat heel veel invloed heeft op de keuze van een boek. Marjolijn Hof gaat hier ook op in in haar lezing: zodra je een kind op een rigide manier wijst op deze indeling, zal het kind zich hier waarschijnlijk naar gaan gedragen. C-boeken worden dan voor een 10-jarige iets om naar ‘uit te kijken’ en A-boeken worden ineens minderwaardig.
Daarmee wordt ook het probleem van de leeftijdsindeling duidelijk zichtbaar. Zoals Hof het mooi zegt in haar lezing:
Zodra je iets indeelt, categoriseert, zeg je niet alleen wat het wel is, maar onbedoeld ook wat het niet is.
Denk bijvoorbeeld eens aan het boek Het gelukkige eiland van Marit Törnqvist. Het is een prachtig boek, dat al voorgelezen kan worden aan jonge kinderen. Het boek won een Zilveren Griffel in de categorie 6-9 jaar en staat in de bibliotheek bij de A-boeken. Maar dat betekent dat kinderen in de bovenbouw het boek waarschijnlijk niet zullen pakken – zelfs niet zullen vinden! – terwijl het verhaal voor hen juist meer diepgang zal hebben.
Hof noemde ook het boek Een huis met zeven kamers van Joke van Leeuwen, dat je kunt vinden in de verzamelbundel Ga je mee naar Toejeweetwel? Waar plaats je zo’n boek? Bij de strips? Bij de verhalen? Bij de A-boeken of bij de B-boeken? Bij de poëzie? Eigenlijk kan het allemaal en dus zal de lezer die op zoek is naar die ene categorie het boek niet vinden als het geplaatst is in een ander leeshokje.
Een ander goed voorbeeld is het boek Armstrong van Torben Kuhlmann. In mijn plaatselijke bibliotheek staat het boek bij de AJ-boeken in de peuter- en kleuterhoek – want het is een prentenboek én informatief. Maar ook al is het boek informatief, het is wél een verhaal (waarom staat het dus niet bij de A-boeken?). En eigenlijk is het juíst voor oudere kinderen heel interessant (kan dus prima bij de B-boeken). Maar denk je dat een 10-jarige ooit tussen de prentenboeken op het kleuterplein op zoek zal gaan naar een boek? Of dat het überhaupt gezien wil worden met een boek waar AJ op staat?
Zonder structuur en ordening waren de boeken onvindbaar. Maar door diezelfde structuur en ordening verdwenen sommige boeken juist uít het zicht.
– Marjolijn Hof
Doorbreken van de kaders
Gelukkig is het boek Armstrong in Vlaanderen ‘in the picture’ gezet door de voorselectie van de Kinder- en Jeugdjury: de volwassen jury plaatste het boek in de leeslijst van de groep 8 t/m 10 jaar en het boek won nog ook!
Het is een goed voorbeeld van hoe het plaatsen in een leeshokje ook positief kan uitpakken. Om ‘grenzeloos’ te kunnen lezen, hebben kinderen namelijk vaak wel hulp nodig. Zoals Hof benadrukt:
Omdat je eerst moet weten wat er te kiezen valt, voordat je kúnt kiezen.’
Precies dat is het motto van Leesbevorderingindeklas.nl:
Weet wat er te lezen is!
Deze website bestaat eigenlijk uit bijna niets anders dan categorieën. Alle gerecenseerde boeken worden immers geordend op schoolvak, leeftijd, genre of type boek. Het doel daarvan is echter niet om grenzen aan te geven, maar om leerkrachten juist te helpen buiten de gebruikelijke kaders te denken. Leeshokjes om grenzeloos te kunnen lezen dus.
Het lijkt een tegenstrijdigheid, maar het werkt wel.
Om kinderen te helpen zoeken naar een passend boek, is het namelijk belangrijk dat je heel veel boeken kent en weet hoe je deze kunt plaatsen. Marjolijn Hof noemt in haar lezing Matijs Lips als goed voorbeeld van een leerkracht die dit doet. Onlangs was hij te gast bij Margriet van der Linden in het tv-programma M, waarin hij hierover vertelt. Het is ook mijn eigen ervaring dat je op deze manier kinderen aan het lezen krijgt.
Om passende boeken te vinden voor je leerlingen, moet je het aanbod kennen. De boekrecensies op deze website zijn dan ook bedoeld om goed in te kunnen schatten wat voor boeken er allemaal zijn en aan welke kinderen je ze zou kunnen aanreiken. Zolang je beseft dat de ordening van de bibliotheek bedoeld is voor het ‘gemiddelde’ kind (dat natuurlijk niet bestaat), snap je ook hoe je ervan kunt afwijken. Misschien blijkt dat ene A-boek wel fantastisch te zijn voor je hoogbegaafde leerling in groep 7 of is dat C-boek over de oorlog geweldig om die ongeïnteresseerde lezer uit groep 6 te motiveren voor het lezen van een boek.
Voor ieder kind een passend boek
Marjolijn Hof roept in haar lezing op om ‘de losweker in jezelf wakker te kussen’, oftewel, om buiten de hokjes en categorieën te denken, om zo het juiste boek aan die ene lezer te koppelen.
Ik roep op om jezelf wijzer te maken op het gebied van kinderboeken. Wees een leerkracht als Matijs Lips, die voor al zijn leerlingen een passend boek weet te vinden. Verdiep je in je leerlingen, maar verdiep je ook vooral in het aanbod. Denk bij het kiezen van boeken niet in ‘leeftijdhokjes’, ‘boekprijshokjes’, maar laat je er wel door adviseren. Lees recensies, blader boeken door, vertel enthousiast over diverse genres en laat je uiteindelijk verrassen door de eigen keuze van kinderen.
Lezen is een ontdekkingsreis en die mag voor iedereen anders zijn!