Wat is de overeenkomst tussen een ovenwant en iemand die stottert?
Je merkt pas hoeveel ze kunnen hebben als ze voor hete vuren komen te staan.
Billie Pieters is een elfjarige jongen met maar één droom: cabaretier worden.
Hij doet niets liever dan het bedenken van de leukste grappen en pakkende verhalen. Er is alleen één probleem: Billie stottert.
Op school zegt hij dan ook zo min mogelijk, en zijn grappen durft hij alleen aan zijn oma te laten horen. Maar Billie kan zich niet eeuwig blijven verstoppen. Kiest hij voor de spotlight of blijft hij liever onzichtbaar?
Vertaald door Joyce Bekkers en Mijke van Leersum.
Recensie
Hoe kan ik grappig zijn als ik niet eens normaal kan praten? Het is niet makkelijk om een grap te vertellen als je niet uit je woorden komt. Ik verpest ze vaak zelf al. Heel irritant. (blz. 8)
Billie vat zijn probleem in het eerste hoofdstuk al mooi samen: hij wil dolgraag cabaretier worden, maar hij komt vaak niet uit zijn woorden, omdat hij stottert.
Vanmiddag liep ik vast op het woord ‘citroenglazuur’. Ik dacht dat er nooit een eind aan zou komen. We hadden het over onze favoriete taarten. Ik deed er zo lang over dat taart met citroenglazuur me ineens niet meer zo lekker leek. (blz. 9)
Wat Billie echter niet direct doorheeft en jij als lezer ongetwijfeld wel, is dat hij een geweldige, nuchtere kijk heeft op dingen. De vlotte en opmerkzame manier waarop hij over zijn problemen en ervaringen vertelt, is precies zoals een cabaretier of stand-up comedian dat zou doen. Daardoor leest dit boek echt heerlijk weg! Daarnaast staat het boek ook nog eens boordevol grappen en moppen, dus dit boek doet precies wat het belooft: het laat je zonder twijfel erg veel lachen.
Ik zei tegen een vriend dat een ui het enige voedsel is waar je van gaat huilen.
Toen gooide hij een kokosnoot naar mijn hoofd. (blz. 206)
Leuk is ook dat de moppen aan het begin van elk hoofdstuk steeds een link hebben met de inhoud van dat hoofdstuk. Dat geeft al aan hoe goed dit verhaal in elkaar zit. Want hoewel er dus ontzettend veel te lachen valt met dit boek, kan het de lezer ook tot tranen roeren. Billie heeft immers wel echt een serieus spraakprobleem en het is niet makkelijk om daarmee om te gaan.
Het verhaal begint als Billie naar de (Engelse) brugklas gaat en dat betekent voor hem een nieuwe start: hij probeert te voorkomen dat ook maar íemand te weten komt dat hij stottert, door simpelweg niet te praten. Je kunt natuurlijk verwachten dat dat mislukt en hij wordt dan ook slachtoffer van de grootste pestkop in de klas. Tegelijkertijd maakt hij gelukkig ook nieuwe vrienden, die – net als hij – net een beetje anders zijn dan ‘normaal’. Indirect vertelt het verhaal de lezer dat dat dus helemaal niet erg is. Wat ís ‘normaal’ überhaupt?
Fijn is ook dat Billie een docent krijgt die hem ziet voor wie hij is. Bovendien heeft deze meneer Osho feilloos in de gaten wat er speelt in de klas en zorgt hij voor een veilig klimaat, waarin veel kinderen tot hun recht kunnen komen. Het boek doet daardoor heel erg denken aan het prachtige Vis in een boom en benadrukt maar weer hoe belangrijk het is om mensen om je heen te hebben die je steunen en je een goed gevoel geven.
Luister eens, er is niets mis met anders zijn, vooral niet als artiest. Creatieve mensen hóren anders te zijn dan anderen. Wist je dat Elvis stotterde?’
‘Nee!’
‘Ja, en Ed Sheeran ook.’
‘D-dat wist ik niet,’ zeg ik.
‘Laat het stotteren je niet tegenhouden, Billie, nooit.’ (blz. 134)
De combinatie van humor en een serieus, gevoelig onderwerp werkt perfect in dit boek. Dit is nu echt zo’n boek dat je met een lach en tegelijkertijd een brok in je keel leest. Een dikke aanrader voor elke bovenbouwklas!
Lestips
Wat een grappig en tegelijk prachtig voorleesboek voor in de klas!
Leuk weetje: schrijfster Helen Rutter is zelf met een cabaretier getrouwd en heeft zelf ook wat stand-up comedy ervaring! Ze heeft haar eigen podiumervaring dus niet alleen kunnen gebruiken voor het verhaal, maar het verklaart ook waarom het zo grappig verteld is – daar heeft ze duidelijk veel ervaring mee!
Om het boek te promoten, kun je gewoon bij het begin beginnen te lezen – dan ligt de nadruk vooral op het stotteren en de grappen die Billie vertelt.
Je kunt dit fragment ook goed voorlezen als je in de klas wilt vertellen hoe je om kunt gaan met iemand die stottert. Mocht je iemand in de klas hebben die stottert, dan kun je wellicht vragen of diegene de types in het boek herkent!
Ik denk dat ik (…) dat niet lukt. (blz. 7 t/m 15)
Je kunt ook de nadruk van de boekpromotie op een ander onderwerp leggen: dat Billie voor het eerst naar de middelbare school gaat. Het verhaal speelt zich duidelijk in Engeland af (schoolbus, uniform), maar de nerveuze gevoelens zullen vast herkenbaar zijn voor kinderen die dat ook te wachten staat. Vertel echter wel dat Billie stottert en daarom extra zenuwachtig is. Hij wil niet dat kinderen erachter komen dat hij stottert. Hij heeft voor de zekerheid een lijstje gemaakt: ZO VAL JE NIET OP.
De basisschool was (…) het Bannink Lyceum binnenloop. (blz. 32 t/m 37)
Stotteren
Vrijwel elk kind in Nederland kent inmiddels Sanne Hans ofwel Miss Montreal (van o.a. The Voice Kids) en weet dat zij stottert. Als ze zingt, stottert ze niet! Ook Billie weet dat, maar weet ook dat hij daar niet heel veel aan heeft.
Grappen zingen is raar, dat heb ik al geprobeerd. Het verpest de grap. Zingen voor de presentielijst van de klas is nog vreemder. (blz. 41)
Op blz. 41 t/m 43 vertelt Billie nog meer manieren waarop hij kan praten zonder (al te veel) te blijven hangen.
Iedereen is anders
Het leuk van dit verhaal is dat Billie gedurende het verhaal een steeds duidelijkere persoonlijkheid krijgt. Eerst is hij simpelweg die grappige jongen die stottert, maar gaandeweg leer je dat hij erg van de lijstjes is, dat hij best wel zwart-wit denkt, heel goed in wiskunde is en dat zij hoofd vaak erg vol zit.
Ook de pestkop leer je gedurende het verhaal beter kennen, waardoor je zijn gedrag beter gaat begrijpen. Meneer Osho heeft bovendien een mooie manier bedacht om het pestgedrag te verminderen. Het werkt ook nog.
Dan zijn er nog de vrienden van Billie, waarbij een van de jongens doof is, een jongen zeer waarschijnlijk ADHD heeft (hij kan niet stilzitten), een jongen een groeistoornis heeft en een meisje moet zorgen voor haar depressieve moeder. Hun persoonlijkheden worden niet heel grondig uitgewerkt, maar het laat wel zien dat er veel kinderen zijn die ‘iets’ hebben wat hen anders maakt dan de rest.
Muziek en cabaret
In het verhaal spelen muziek (maken), optreden en natuurlijk stand up comedy een grote rol. Helemaal aan het einde van het verhaal (blz. 289) staat een lijstje met artiesten en cabaretiers. Het is een beetje gek dat hier Nederlandse artiesten tussen staan, omdat het verhaal zich overduidelijk niet in Nederland afspeelt, maar voor de Nederlandstalige lezers is het natuurlijk wel heel erg leuk dat ze deze dan kunnen opzoeken en verstaan. Het zijn wel de ‘golden oldies’, maar dat past hier ook, omdat Billie ernaar luistert op vinyl.
Als het boek voorleest, is het natuurlijk leuk om samen naar de muziek te luisteren! Misschien dat er in je klas ook wel een band wordt opgericht!
Uitgeverij BILLY BONES, 2021
Onderwerpen: 2021, Anders zijn, Beroepen, Brugklas, Cabaret, Drummen, Gevoelens, Grappen, Jezelf presenteren, Jezelf zijn, Middelbare school, Moppen, Muziek, Pesten, Stand-up comedy, Stotteren, Tip van Finn, Tip van Julia, Tip van Lisa, Voorleestopper, Vriendschap
Geïllustreerd door Andrew Bannecker